Brouwerijcontracten zijn wurgcontracten
Bijna twee derde van de Belgische cafébazen huurt zijn pand van een brouwer. Maar die zogenaamde brouwerijcontracten zijn soms echte wurgcontracten. Dat concludeert zelfstandigenorganisatie NSZ op basis van een enquête onder zijn leden.
"Zeventig procent van de cafés met een brouwerijcontract is verplicht om per maand of per jaar een zeker biervolume te verkopen. De helft daarvan geeft aan boetes te krijgen als ze het verplichte volume niet haalt. Dat gaat voor ons te ver", zegt NSZ voorzitter Christine Mattheeuws.
112 euro boete per hectoliter
Uit de contracten waar NSZ inzicht in kreeg, bleek dat de opgelegde boetes erg verschillen. Zo vraagt een brouwerij 0,43 euro per liter bier en 1,12 euro per liter wijn die minder is verkocht dan is afgesproken. Bij een andere horecagelegenheid is een boete van 0,25 euro per liter in het wurgcontract opgenomen.
Horeca Vlaanderen strijdt voor een versoepeling
Horeca Vlaanderen stoort zich aan de sancties die gekoppeld zijn aan de minimale afname van bier. "Dat je het bier verkoopt van de brouwer van wie je je café huurt, is logisch. Maar de boetes voor niet-verkochte drank gaan voor ons te ver. Er moet een gezond evenwicht zijn tussen de belangen van een brouwer en de cafébaas. Nu is dat evenwicht vaak helemaal zoek", zegt woordvoerder Gerrit Budts.
Wurgcontracten besproken in federaal regeerakkord
Horeca Vlaanderen heeft nu voor elkaar gekregen dat de wurgcontracten besproken gaan worden in het federaal regeerakkoord. De regering gaat onderzoeken hoe er meer transparantie kan komen in de prijsvorming van brouwerijcontracten. Ook moet er duidelijkheid komen over de specifieke rol van de leverancier, de verhuurder zodat de vrijheid van de ondernemer niet wordt belet bij het aanbieden van producten.
Nederlandse wurgcontracten
Ook in Nederland zijn horecagelegenheden vaak gebonden aan wurgcontracten met brouwers. In de meeste gevallen verbieden de brouwerijen de horeca ondernemer om in zijn zaak bier van een ander merk te schenken. Hierdoor kan de consument maar uit één merk van de tap kiezen. Door de eisen die de brouwerij stelt is er in de horeca zaak geen concurrentie onder de biermerken meer mogelijk.