Inloggen op Mijn Biernet

Geen account? Registreren

Login probleem? Reset je wachtwoord

Delen

99 bier spreekwoorden

Volgen

Blijf altijd op de hoogte

99 bier spreekwoorden

26 september 2008 om 13:13

Negen-en-negentig spreekwoorden over en met bier. Komen ze bekend voor?

1. Morgenstond heeft een kater in de mond.
2. Als je hoort hoe het klokje thuis tikt, zit je niet in het café.
3. Wie een kuil graaft voor een ander, krijgt dorst.
4. Als ma van huis is, komt Amstel op tafel.
5. Een beugeltje maakt nog geen dronkenschap.
6. Beter één beugeltje in je hand, dan tien op de grond.
7. De kater in de put vinden.
8. Waar gedronken wordt, vallen druppels.
9. 't Bier niet opdrinken voordat het getapt is.
10. Hoe meer beugeltjes hoe meer vreugd.
11. Oost west, dorst gelest.
12. Het pijpje aan Maarten geven.
13. Zoals het tapje thuis tapt, tapt het nergens.
14. Joost mag het drinken.
15. Als het bier geschonken is, sluit men de tap.
16. De glazen klinken, maar niet weten waar de tap is.
17. Er zit een addertje onder m'n glas.
18. Het twintigste beugeltje is een daalder waard.
19. Een beugeltje in een zak kopen.
20. Leven als God in 't café.
21. Malt als Amstel verkopen.
22. Wie het eerste uit z'n glas wil krijgen, krijgt het schuim op z'n neus.
23. In ieder glas past een pilsje.
24. Wie Amber zegt, moet ook bier zeggen.
25. Alleen voor Amstel komt de aap uit m'n mouw.
26. In de kroeg gelogeerd zijn.
27. Weten waar Abraham z'n Amstel haalt.
28. Het bier bij de buren is altijd koeler.
29. Iemand een biertje van eigen tap geven.
30. Het was echt een bierdop op z'n kant.
31. Wie voor Grolsch 2.5 geboren is, zal nooit Kanon kunnen drinken.
32. Men moet drinken uit de glazen die men heeft.
33. Hoge glazen vangen veel bier.
34. De pul bij het handvat pakken.
35. Men kan nooit weten hoe een koe een beugeltje opent
36. Men moet geen dode biertjes uit de tap halen.
37. Ze praten over beugeltjes en pijpjes.
38. Dat is geen zuiver pils.
39. In het land der bieren is Amstel koning.
40. Hij heeft zijn ziel aan de beugel verkocht.
41. Kleine pulletjes hebben grote oren.
42. De beugels in z'n laarsje tappen.
43. Vechten tegen de Amstelkaai.
44. Kanon verwijt 2.5 dat ie soft is.
45. Bier om bier, malt om malt.
46. Het bier wordt nooit zo koud gedronken, als hij wordt getapt.
47. Met een krat bier in huis vallen.
48. Een ezel drinkt niet twee keer van dezelfde Beugel.
49. Van het pijpje in de beugel geraken.
50. Met z'n neus in de schuimkraag vallen.
51. 't Bier is niet voor de ganzen gebrouwen.
52. Zelfs de beste drinker verslikt zich weleens.
53. 't Beste pilsje uit de kelder halen.
54. Amstel heeft alle worden.
55. Een beugeltje in de kraag vatten.
56. Bier naar de tap dragen.
57. Bier maakt de man.
58. Bier verzoet de arbeid.
59. De pils uit de tap kijken.
60. Amstel is een goede dienaar, en geen slechte meester.
61. Lekker bier wordt veel getapt.
62. Eens gedronken blijft gedronken.
63. Hij heeft te diep in het beugeltje gekeken.
64. Een goed café om de hoek is beter dan een verre brouwerij.
65. Al het goede komt uit de tap.
66. Goedkoop is maltkoop.
67. Geen bier zonder schuim.
68. Bier verdrinken er meer in het glas dan in de zee.
69. 't Is niet alleen bier wat er getapt wordt.
70. Eigen tap is goud waard.
71. Roet in het bier gooien.
72. De beste zuiplappen zitten thuis.
73. Men drinkt het biertje nooit ver van de tap.
74. Hij groeit op voor galg en krat.
75. Die het bier niet kent, drinkt het niet.
76. Die het laatst drinkt, lacht het beste.
77. Nu heb je de pijpjes aan het dansen.
78. Op de verkeerde kruk gezet worden.
79. Over het glas getild worden.
80. Achter het glas drinken.
81. Bier goed, al goed.
82. Die het bier lust, drinke het op.
83. Van een glas een vat maken.
84. Hij heeft drie biertjes in één glas.
85. Je vangt meer alcoholisten met Amstel, dan met Heineken.
86. Iemand een malt aannaaien.
87. Alle wegen leiden naar de kroeg.
88. Bier maakt meer goed, dan vrouwen kapot kunnen maken.
89. Voor het tapje gehouden worden.
90. Wie goed doet, bier ontmoet.
91. Wie bier zaait, zal whisky oogsten.
92. Zo dom als een maltdrinker.
93. Alcohol in de wonden strooien.
94. Het schip verging met man en bier.
95. Bier maakt blind.
96. Naast de tap zuipen.
97. Bier regeert met ijzeren hand.
98. Als twee zuiplappen vechten om een beugel, gaat de derde ermee aan de haal.
99. Ter land, ter zee en in de kroeg

Cookie instellingen