Vandaag diende in de rechtbank in Amsterdam de zaak die Heineken tegen Olm had aangespannen. Olm wordt er door de veel grotere concurrent van beschuldigd bier in Heineken-fusten te verkopen. Olm heeft afgelopen weken geprobeerd de zaak te schikken met Heineken, maar dit is niet gelukt en nu oordeelt de rechter dat Olm merkinbreuk pleegt door het eigen biermerk te verkopen alsof het Heinekenbier is. Olm dient daarom ook binnen een termijn van 30 dagen te stoppen met het navullen van Heinekenfusten.
Of daadwerkelijk sprake is van grootschalige fraude, zoals Heineken beweert, moet een bodemprocedure uitwijzen. Daaruit moet ook blijken of Olm echt fout zat, oordeelde de kortgedingrechter. Ook moet Olm aan Heineken aangeven hoeveel Heineken-fusten met Olm-bier het sinds 1 april 2008 heeft verhandeld.
"Volgens het vonnis heeft Olm hierdoor onder andere merkinbreuk gepleegd", zegt Wouter Fijnaut, directeur horeca van Heineken Nederland. "We zijn erg opgetogen, met name omdat de rechter is meegegaan in de meeste punten van Heineken".
Olm gaat in hoger beroep tegen het vonnis van de rechter. Volgens directeur Mark Schneider van Olm is de rechter "voorbijgegaan aan alle door Olm aangedragen punten". Schneider spreekt zelfs van "klassejustitie". Hij bestrijdt dat zijn bedrijf structureel de vaten van Heineken met het eigen product vult. Dat zou hoogstens een enkele keer zijn voorgekomen omdat door het statiegeldsysteem lege vaten van andere merken weleens bij zijn brouwerij terechtkomen. "Heineken wil ons gewoon van de markt hebben", zei hij.