Volgens Heineken is er sprake van interpretatieverschillen. De brouwer erkent dat er gesprekken met andere bierbrouwerijen zijn geweest, maar stelt dat er geen sprake is van een kartel.
De Europese Commissie legde Heineken in april een boete van 219 miljoen euro op omdat de brouwer van 1996 tot en met 1999 samen met Grolsch, Bavaria en InBev de markt in Nederland verdeeld zouden hebben en de prijzen kunstmatig hoog gehouden.
Grolsch en Bavaria gaven al eerder aan in beroep te gaan tegen de megaboete. Vooral voor deze twee relatief kleine brouwers kwam de boete hard aan.